De Klimop staat bekend om zijn vooruitstrevende aanpak in de jeugdzorg en beschermd wonen. Leroy Sayers, Manager van De Klimop, en Michael Donkers, kwaliteitsmedewerker bij De Klimop, hebben inzicht gegeven over de recente zorgtransformatie die zich bij De Klimop heeft afgespeeld. Kleine aanpassingen hebben voor grote impact gezorgd. Deze duurzame zorginstelling, die zich richt op jongeren met autisme spectrum stoornissen en andere complexe behoeften, heeft een voormalig sportgebouw her ontwikkeld naar zorgcentrum inclusief 40 woonunits. Daar bieden ze sinds 1 september een breed scala aan behandelingen, diagnostiek, zorgmogelijkheden en traumaverwerking aan. De jongeren die daar op de leefgroepen verblijven zijn in de leeftijd van 7 tot 28 jaar. Dit is echter een flexibele regel, die niet strikt wordt gehanteerd wanneer de zorg urgent is. Wanneer de zorg nodig is en zij deze kunnen bieden, doen ze dit graag en met veel liefde.
De Klimop stond hierin voor een significante uitdaging: het creëren van een vooruitstrevende veilige en responsieve omgeving voor zowel jongeren als medewerkers, met behoud van rust en een fijne zorgbeleving. Dit was ook 's nachts van belang, tijdens de stille momenten waarop iemand kan gaan peinzen en daarvan mogelijk in paniek raakt. In zo'n situatie is het cruciaal dat een zorgverlener snel ter plaatse kan zijn, zonder dat medebewoners daar last van hebben, of dat het noodzakelijk is dat er onnodig veel checkronden gelopen worden. Leroy Sayers, de manager van De Klimop, verwoordde de uitdaging als volgt: "De behoefte was om te innoveren op gebieden als kwaliteit, gebruik van data en een veiligere zorgomgeving voor zowel de jongeren als medewerkers . Dit is een uitdaging in een relatief conservatieve markt. Als organisatie zijn we dan ook continu op zoek naar manieren om onze zorg te verbeteren.”
De zoektocht van De Klimop naar een geschikte oplossing voor hun uitdagingen leidde tot een samenwerking met VANDERLAAN. VANDERLAAN organiseerde een brainstormsessie om de aandachtspunten duidelijk in kaart te brengen. Uit deze sessie kwamen specifieke behoeften naar voren, die de keuze voor de samenwerkingspartners bepaalden. De reeds bestaande succesvolle samenwerking tussen VANDERLAAN en CuraTec vormde een solide basis voor dit project. Gezamenlijk boden zij een op maat gemaakte technologische oplossing aan. Deze oplossing maakte gebruik van de veelzijdige IQ Messenger software, aangevuld met slimme sensoren, versterkt door AI-toepassingen.
In het gebouw van De Klimop worden drie niveaus van zelfstandigheid gehanteerd. De jongste groep vanaf 7 jaar is het minst zelfstandig en meest intensief. Zij werken in hun eigen tempo toe naar de volgende fase, namelijk de groep met meer zelfstandigheid en eigen voorzieningen, zoals een eigen kamer met badkamer, wasmachine, droger en keuken. Op die manier hebben zij de mogelijkheid om zelfstandigheid te oefenen, terwijl ze ondertussen ook nog deel uitmaken van een groepssetting met 24/7 begeleiding. Daarna is er de overgang naar de groep die nog zelfstandiger is met eigen appartementen waarin de jongvolwassenen op eigen initiatief terug kunnen vallen op begeleiding in de nabijheid aanwezig, maar verder zoveel als mogelijk zelfstandig leeft. Voor deze groepen is bijvoorbeeld een deurmelding of paniekknop al voldoende.
In drie specifieke kamers, de zogenaamde crisis kamers, is een breed scala aan sensoren geïnstalleerd. Hier gebruiken ze onder andere detectie voor in en uit bed gaan, valdetectie en badkamerdetectie. Deze technologie wordt ingezet indien nodig, bijvoorbeeld wanneer een jongere wegloopgedrag laat zien, langdurig onrustige nachten beleeft, maar ook automutilerend of andere vormen van zelfbeschadigend gedrag vertoont. In zo'n geval kunnen, zodra ze een melding krijgen dat de jongere uit bed is, de nachtdienst direct naar de jongere sturen voor troost of geruststelling. Als een jongere in de nacht of overdag op een ongebruikelijk tijdstip in de badkamer is, kunnen ze direct handelen indien nodig en ook passende zorg bieden, zonder dat ze voortdurend de kamer in en uit hoeven te gaan om preventief te controleren. Dit geldt ook voor situaties waarbij iemand een lichamelijke beperking heeft en valt, zodat ze direct kunnen ingrijpen. Dit niveau van zorg konden ze voorheen niet bieden, tenzij iemand toevallig binnenkwam. Michael Donkers benadrukte het nut van deze aanpassingen: "Met de zorgdomotica kunnen we zowel overdag als s ’nachts beter reageren op de behoeften van onze jongere, die van elkaar maar ook een goed onderbouwende overdracht doen gebaseerd op feiten vanuit bijvoorbeeld de nacht aan onze ochtenddiensten, wat een positieve impact heeft op de kwaliteit van de zorg, maar ook het werkplezier."
De invoering van de nieuwe technologieën werd goed ontvangen door zowel de verwijzende instanties alsook de jongeren zelf als hun naasten. Michael Donkers benadrukte de positieve reacties: "Wanneer we de redenen en voordelen uitleggen, wordt de technologie zeer positief ontvangen." De jongeren waren niet alleen nieuwsgierig maar vonden de technologie ook 'stoer'. Ze waren opgelucht te horen dat er niet met beelden wordt gewerkt, maar sensoren en we de intensiviteit hiervan kunnen op en afschalen naar behoefte en hierin wordt actief de stem van de jongeren zelf ook meegewogen. Ouders waren vooral gerustgesteld door de extra veiligheidsvoorzieningen indien nodig en de beschikbare data die kan worden gebruikt om effectiever en efficiënter in te springen op de zorgbehoefte, een belangrijk aspect gezien hun eerdere zorgtrajecten waarbij kinderen vaak van instelling moesten veranderen omdat het hieraan ontbrak. De Klimop kan tot op zekere hoogte nu consistente en volhoudbare zorg bieden, ook als de zorgbehoefte van een jongere verandert. De crisis kamers spelen hierin een sleutelrol, omdat ze hierdoor meer veiligheid van de jongeren en medewerkers kunnen garanderen.
Voor de medewerkers van De Klimop is de verandering in werkwijze grotendeels positief verlopen. Er is geen overdaad aan nieuwe domotica geïntroduceerd. "De oplossingen zijn en werken eigenlijk vrij simpel," merkt Michael op. In het begin waren er wel uitdagingen met een reeks valse alarmen of meldingen. Dit bleek voornamelijk te wijten aan gebruikersfoutjes, waarbij alarmen per ongeluk werden geactiveerd door het lang indrukken van een knopje aan de zijkant van het apparaat. Dit gebeurde onbedoeld bij het aanzetten van het scherm, het in stand-by zetten van het toestel, of zelfs bij het opbergen in een broekzak.
Michael voegt toe: "Het fijne was dat we steeds snel konden schakelen met CuraTec om te achterhalen wat er misging. Nadat de systemen goed waren doorgelicht, hebben we aanpassingen in het gebruik doorgevoerd. Hierdoor hebben we bijvoorbeeld het aantal valse meldingen aanzienlijk kunnen verminderen en de beschikbare data kunnen verbeteren, terwijl het voor het personeel eenvoudig bleef om van het systeem gebruik te maken. De communicatielijnen tussen CuraTec en De Klimop zijn kort, zo ook de onderlinge communicatie tussen de collega's. Dankzij deze nauwe samenwerking kon de werkwijzeverandering soepel en gemakkelijk op de werkvloer worden doorgevoerd en blijven we dit gezamenlijk monitoren.
Dit project illustreert hoe technologie en data effectief kan bijdragen aan het ondersteunen van complexe uitdagingen in de jeugdzorg. De integratie van deze technologie heeft geleid tot een veiligere en meer ondersteunende omgeving voor de kinderen en medewerkers die hierdoor beter hun werk kunnen doen, met als doel; een fijne zorgomgeving. "Dankzij deze innovatieve aanpak kunnen we nu sneller, efficiënter en effectiever reageren op de behoeften van kinderen en gezinnen," concludeerde Leroy Sayers. De Klimop is nu beter uitgerust om haar BHAG te vervullen: "Een veilige plek voor ieder kind," waar kinderen zich op hun eigen tempo kunnen ontwikkelen naar zelfstandigheid en volwassenheid.